Ridderkerk | van de Merwe / ROZ (1963-1967)

De geschiedenis van het ziekenvervoer in ons land is veelzijdig. Veel instellingen, personen en bedrijven hebben zich er voor ingezet, soms naar aanleiding van een ongeval. Zo besloot de nog jonge eigenaar van een autobedrijf in Zuid-Holland in 1963, na nauw betrokken te zijn geweest bij een ongeluk, een ambulance aan zijn bedrijf toe te voegen.

Overstekende fietsster aangereden

Rob van de Merwe, een geboren en getogen Rotterdammer, vestigde zich in 1962 op 21-jarige leeftijd in Ridderkerk met een autobedrijf. Het bedrijf groeide in korte tijd uit tot wat we nu een ‘holding’ zouden noemen. Behalve uit een Fiat- en Simca-dealerschap bestond het bedrijf uit een autobergingsbedrijf, auto-onderdelenbedrijf, een bandelhandel, een autoambulancedienst, een autoverhuurbedrijf en een autorijschool met tien leswagens.

In 1963 reed op een zaterdag één van de leswagens een plotseling overstekende 75-jarige fietsster aan. Rob werd er als baas bij geroepen alsmede één van de huisartsen. Ze wachtten bijna een uur op een ziekenwagen uit Rotterdam. De Rotterdamse chauffeurs kenden de weg niet in Ridderkerk. Intussen raakte de vrouw in coma en daar is zij nooit meer uitgekomen. Deze gebeurtenis maakte een diepe indruk op de gevoelige Van de Merwe. Hij moest en zou nu een ziekenwagen aan zijn bedrijf verbinden. Hij ging voortvarend te werk. Hij benaderde een enthousiaste EHBO-er (en Rode Kruiser) en een ex-hospik. Van de Havenongevallendienst uit Rotterdam kocht hij een Peugeot D4B uit 1959 opgebouwd door de Gebr. Visser uit Leeuwarden. Op 1 september 1963, nog maar enkele maanden na het ongeval, startte Van de Merwe Ziekendienst, een nieuwe loot aan het Autobedrijf van de Merwe. Artikelen in Het Vrije Volk en het locale weekblad De Combinatie kondigden de dienst aan.

Rob van de Merwe is een geboren en getogen Rotterdammer. Hij vestigde zich in 1962 op 21-jarige leeftijd in Ridderkerk met een autobedrijf. Het bedrijf groeide in korte tijd uit tot wat we nu een ‘holding’ zouden noemen. Behalve uit een FIAT- en Simca-dealerschap bestond het bedrijf uit een autobergingsbedrijf, auto-onderdelenbedrijf, een bandenhandel, een autoverhuurbedrijf en een autorijschool met tien leswagens.
In 1963 reed één van de leswagens op een zaterdag een plotseling overstekende 75-jarige fietser aan. Rob van de Merwe werd er als baas bij geroepen. Ook één van de huisartsen werd gewaarschuwd. Ze moesten echter bijna een uur wachten op de ziekenwagen uit Rotterdam, want de Rotterdamse chauffeurs kenden de weg in Ridderkerk niet. Intussen raakte de vrouw in coma, zonder daar ooit weer uit te komen. Deze gebeurtenis maakte een diepe indruk op Van de Merwe en was reden voor hem een ziekenwagen aan zijn bedrijf te verbinden. Daarbij ging hij voortvarend te werk. Hij benaderde een enthousiaste EHBO-er (en Rode Kruiser) en een ex-hospik. Van de Havenongevallendienst uit Rotterdam kocht hij een Peugeot D4B uit 1959, opgebouwd door de Gebr. Visser uit Leeuwarden. Op 1 september 1963, nog maar enkele maanden na het ongeval met de fietser, ging Van de Merwe Ziekendienst van start. Artikelen in Het Vrije Volk en het locale weekblad De Combinatie kondigden de dienst aan.

De alarmering

Het verzorgingsgebied van de dienst omvatte Ridderkerk tot de gemeentegrens met Rotterdam, Alblasserdam en tot de brug bij Zwijndrecht. In dit gebied lagen de dorpen Bolnes, Slikkerveer, Rijsoord en Oostendam. Het was rijk aan scheepswerven en er liepen twee autosnelwegen (A15 en de A16) door heen. Het bedrijf was gevestigd bij het FIAT-bedrijf aan de Reyerweg 239-241 in Slikkerveer (Gemeente Ridderkerk).

Voor ongevallen verliep de alarmering via de politie. Ook de huisarts werd dan gewaarschuwd, die de patiënt soms in de ziekenwagen begeleidde tot in het ziekenhuis. Bekende huisartsen uit die dagen waren J.A. Crezée, A.J. Nolen, G.H. Wienen, H.G. Waisfisz en J. van de Knaap, die tevens gemeente-arts was. Had de huisarts de ziekenwagen nodig dan belde hij het ‘mooie’ alarmnummer 4555. Op dat nummer hoorden zij op welk nummer de chauffeur zat. Die haalde de verpleger op en met een goede plaatselijke bekendheid was men toch nog snel ter plaatse. Voor een telefoonaansluiting voor het ziekenwagenpersoneel werkte de PTT altijd goed mee en droeg bovendien zorg voor alweer een makkelijk en goed te onthouden nummer.

Rob hechtte zeer aan goede verbindingen voor een optimale bedrijfsvoering. De eerste ziekenwagen -de Peugeot- had nog geen mobilofoon, maar de daaropvolgende in 1963 wel. Een Storno.

Een ziekenvervoerbedrijf was geen vetpot. De gemeente betaalde na een moeizame kruistocht een klein bedrag per inwoner (5-10 cent) voor het ziekenvervoer. Patiënten (ook ziekenfondspatiënten) moesten een soort ‘eerste aanslag’ zelf betalen aan de verpleger. Een bedrag van ongeveer fl 1,85. Bovendien moesten ze een formulier tekenen, dat ze van A naar B waren vervoerd. Dat was natuurlijk niet altijd mogelijk, als de patiënt bijvoorbeeld bewusteloos was. Een gesanctioneerde rit leverde dan wel een vast bedrag op van de ziektekostenverzekeraars, onafhankelijk van de tijd van de dag of het gereden aantal kilometers. Niettemin bleef ieder jaar een niet onaanzienlijke post oninbaar.

Ridderkerkse Ongevallen- en Ziekendienst (ROZ)

In 1964 veranderde Van de Merwe in overleg met zijn personeel de naam van de ziekendienst in Ridderkerkse Ongevallen- en Ziekendienst. Het moest vast professioneler klinken. Rob investeerde ook in de relaties met huisartsen, ziekenhuizen en ziekenfondsen, alhoewel ze geen echte concurrentie in hun verzorgingsgebied hadden. Zijn public relations-instinct motiveerde hem daar echter toe. Rob is nu de drijvende kracht achter publicteitscampagnes van bijvoorbeeld grote wielerploegen. Hij bracht een geplastificeerd kaartje uit -het paste in een SUCCES-agenda- met de namen en telefoonnummers van de ziekenhuizen en ziekenfondsen in en in de omgeving van Ridderkerk. Het vermeldde natuurlijk ook de belangrijkste namen van de ‘Ridderkerkse Ongevallen- en Ziekendienst’.

Rond 1965 verzocht de gemeente Barendrecht het ziekenvervoer bij hen ook te verzorgen, omdat die gemeente geen eigen dienst had. De naam wijzigde opnieuw en nu in de Ridderkerkse en Barendrechtse Ongevallen- en Ziekendienst en verhuisde naar de Kievitsweg 87-91 vlak in de buurt ook in Slikkerveer.

De verplegers

Rob van de Merwe was de directeur. W.A. Noordzij was chef ziekenvervoer en H. Schut, de ex-hospik, zijn waarnemer. H. de Jong was eerste verpleger. Ze waren geen echte verpleegkundigen. Hun opleiding als verpleger (elementaire ziekenverpleging) hadden ze bij het Rode Kruis gekregen. Als ze dienst hadden, zaten ze veel thuis. Daarmee konden ook de kosten beperkt worden.

De uitrusting

Van de Merwe werkte niet alleen snel, maar ook gedegen. Voor de uitrusting van zijn eerste ziekenwagen had hij advies ingewonnen bij een verpleger van de G.G. & G.D. Rotterdam. Zijn oom, die bij de Rotterdamse brandweer werkte en ook chauffeur was bij de G.G. & G.D., had hem aanbevolen. Deze verpleger maakte een lijst, die Rob voor een groot deel overnam. Behalve een verbandtrommel naar Rotterdams model kregen de ziekenwagens ook een zuurstof-apparaat met een beademingsapparaat (Pulmotor) aan boord. En naast de brancard deed ook de wervelplank al zijn intrede. Moderne opblaasbare spalken kregen ze in Ridderkerk op de wagen, maar gewone zandzakjes voor het immobiliseren van breuken waren ook populair (en terecht, KW). De eerste twee Fords hadden nog een gele zwaailamp en twee rood meeknipperende, Rode Kruis lampen voor op het dak.

Een Ford Fairlane 500 verving in 1963 al gauw de Peugeot. Het was een aangepaste vierdeurs sedan. In dat zelfde jaar werd een Packard van Silo uit Rotterdam-Zuid overgenomen voor de zogenaamde buitenritten. Hij was bij Silo overcompleet. Prachtig zag hij er uit in de (afwijkende) blauwe Silo-kleur. Alles was automatisch aan die auto! Maar bij de eerste rit draaide de versnellingsbak al in de soep. Rob zag een grote kostenpost opdoemen. Hij had de auto ook al in een witte kleur laten overspuiten. Terug naar Silo. Uiteindelijk nam Silo de auto voor duizend gulden minder dan hij ervoor betaald had, weer terug. In 1964 werd opnieuw een Ford en nu een Country Sedan bij Huiskamp besteld. Het was een reguliere stationwagen. Een Riemvis-brancarddrager uit een andere ziekenwagen kwam in het patiëntcompartiment.

Een bijzondere eend in de bijt, naast de twee voor die tijd goed uitgeruste Amerikaanse Fords, die bij Huiskamp in Winterwijk waren opgebouwd en uitgerust, was een Ford Taunus Transit. Alleen geschikt voor patiënten, die liggend vervoerd moesten worden, maar verder geen zorg nodig hadden. De Ford had wel een Riemvis-brancarddrager, maar geen zwaailampen. Hij was door Van de Merwe in eigen beheer ingericht.

Op de scheepswerven in het verzorgingsgebied gebeurde wel eens wat. De Fords waren eigenlijk te groot om mee te manoevreren op die nauwe werven. Er kwam een Volkswagen Transporter met nog een spijltje in de voorruit en twee openklappende zijdeuren. Het werd geen succes. Het comfort vond men belabberd.

Daarna volgde nog twee Mercedessen-Benz van Binz uit Duitsland. Rob van de Merwe is er nog trots op, dat zijn ambulances nooit schade hebben gereden.

Belevenissen

Op de eerste dag van hun bestaan -de garage was nog niet eens klaar- moesten ze al uitrukken voor een ernstig ongeval bij de Machinefabriek Smit. Bij aankomst bleek een slijpschijf gebroken. Het afgebroken deel was dwars door het hoofd van een arbeider gegaan. Hij was op slag dood. Rob van de Merwe en Hans Schut konden niets anders doen dan het slachtoffer naar het mortuarium brengen. Toen zijn vrouw hem die middag zijn lievelingsbroodje tartaar voorzette, heeft hij het één keer in zijn leven laten staan.

Een andere inzet is Rob ook bijgebleven. Hij was op een gezellige avond, toen hij weg werd geroepen voor een ongeval met een brommer. De bromfietser bleek een gebroken been te hebben en moest naar het Dijkzigt Ziekenhuis in Rotterdam. Onderweg moest hij het Feijenoordstadion passeren, dat net uitliep. Het was een enorme drukte. Rob besloot het zwaailicht en de drietoon te gebruiken. Daarop kwamen twee motorrijders van de politie naast hem rijden en vroegen hem waar hij heen moest. Het Dijkzigt natuurlijk! Nou, dan zouden ze hem wel even begeleiden. Daar schrok Rob toch wel even van, zo ernstig was het letsel van zijn patiënt nu ook weer niet. Met loeiende sirenes ging het door de stad, de Maastunnel door en rechtsaf naar het Dijkzigt. Rob hoopte al, dat ze voor het Dijkzigt zouden afhaken, maar ze gingen helemaal mee tot aan de Eerste Hulp. Rob schoof het raampje in de scheidingswand opzij en meldde de bromfietser, dat de politie ze begeleid had. ‘Hou jij je eens een beetje dood!’ Die boodschap begreep de bromfietser. De motoragenten werden uitbundig bedankt voor de goede diensten en gingen gelukkig niet helemaal mee naar binnen.

Het einde van de dienst

De activiteiten voor zijn autobedrijf hielden Rob steeds meer bezig en werden de jonge ondernemer een beetje te veel. Hij moest keuzes maken. Het ziekenvervoer was commercieel weinig aantrekkelijk en betekende een geweldige belasting. Het was continu paraat staan, want Rob viel nog vaak in als anderen niet konden. Het ging Rob aan ’t hart, maar in 1967 deed hij de dienst over aan de heer Gerrit van Oenen, eigenaar van de Ridderkerkse Taxi Centrale, die ook het personeel overnam. De dienst ging -zoals eerder gezegd- verder onder de naam Ridderkerkse en Barendrechtse Ongevallen- en Ziekendienst. Het laatste bedrijf hield het vol tot 1988, toen het failliet werd verklaard.

(Dit artikel werd geschreven door dr. Hans Waldeck en drs. Thijs Gras).

 

Wagenpark van Van de Merwe, Ridderkerk; later Ridderkerkse Ongevallen- en Ziekendienst

merk                           type                 kenteken                     carrossier                   jaar

Peugeot                      D4B                AP-71-89 (1959)         Gebr. Visser               1963

Ford                            Fairlane 500   MJ-86-60                 Huiskamp                   1963

Packard                       ?                              ?                              ?                                 1963

Ford                            Country Sedan         ?                         Huiskamp                   1964

Ford                             Taunus            JP-86-75 (1962)        eigen bouw                 ?

Volkswagen                Transporter             ?                            Pon                           1964/65

Mercedes-Benz            ?                      GH-09-32                  Binz (D)                    1964

Mercedes-Benz          230 Binz Europ lang   ?                      Binz (D)                   1967

 

Geraadpleegde bronnen:

Merwe, Rob van de -: persoonlijke mededelingen, 14 januari 1999.

Ambulance archief

Tot:

reset filters